Onnodig uitstel van bespreking RES verkleint invloed Provinciale Staten

resplaat hdh uit  lowres IMG_0485.jpgvrijdag 22 mei 2020 11:26

Statenlid Hans de Harder is erg ontevreden over het uitstel van de bespreking van de drie Regionale Energie Strategieën (RES-en) in Provinciale Staten.

Woensdag 20 mei zou de Commissie M&M de concept Regionale Energie Strategieën (RES-en) behandelen. Binnen het Nationale Programma RES is het de bedoeling dat elke regio zijn eigen energiestrategie opstelt. Zo kan Nederland als geheel een grote stap zetten in de richting van duurzaam opgewekte energie. De drie Utrechtse regio’s (U16, Food Valley en Amersfoort) hebben de afgelopen periode hard aan hun strategie gewerkt. Zij doen daarin elk afzonderlijk een bod aan de rijksoverheid over het aantal terawattuur (TWh of miljard kWh) energie uit zon en wind dat hun regio kan bijdragen. Deze weken worden de concepten van die biedingen behandeld door gemeenten, provincie en de waterschappen.

De drie strategieën lagen ruim op tijd bij Provinciale Staten voor bespreking. En omdat wij door het coronavirus niet fysiek bijeenkomen, leveren wij de eerste termijn van de commissiebehandeling schriftelijk in. Alle fracties doen dat een week voorafgaand aan de vergadering. Bij de behandeling van de RES-en leverde dat een waslijst aan vragen op van meerdere partijen. Ook onze fractie had nog veel verduidelijkende vragen. De ambtelijke ondersteuning en gedeputeerde leverden wat ons betreft een huzarenstukje (er zal namelijk afstemming nodig geweest zijn met de gemeenten en waterschappen in de RES-regio’s), door de antwoorden op alle vragen op de avond voor de commissiebehandeling schriftelijk aan te leveren. Alle ingrediënten voor een goede commissiebespreking waren daarom wat ons betreft aanwezig.

Echter, tot onze verbazing verzocht de SGP het statenvoorstel over de concept RES-en pas na de zomer te bespreken. In de commissie was er vanuit meerdere partijen steun voor dit verzoek van de SGP. De ChristenUnie steunt het SGP-verzoek nadrukkelijk niet. Wat ons betreft zou hiermee de invloed van Provinciale Staten onnodig worden beperkt. Hieronder een uitleg:

1. De concepten worden sowieso ingediend
Het verzoek om besluitvorming uit te stellen is mogelijk, omdat daarvoor in de landelijke planning ruimte is gemaakt. Vanwege de coronacrisis is de uiterste datum voor indiening van bestuurlijk vastgestelde concepten verschoven van 1 juni naar 1 oktober 2020. Daarbij is de kanttekening gemaakt dat op 1 juni wel documenten naar het PBL moeten worden gestuurd om de kwalitatieve beoordeling te starten (zie hier het bericht van het nationaal programma RES). De documenten die Provinciale Staten hadden kunnen bespreken, gaan nu dus zonder bespreking alsnog naar het PBL zonder dat Provinciale Staten daar invloed op konden uitoefenen.

2. Vaststelling door PS is niet nodig, maar wel heel wenselijk
Het gaat in deze fase nog om concept biedingen vanuit de regio’s. Voor indienen van de concepten is het noodzakelijk dat de betrokken bestuurders (colleges van Burgemeester en Wethouders, colleges van Gedeputeerde Staten en besturen van de waterschappen) deze vaststellen. Dat neemt niet weg dat het goed is dat wij hier als volksvertegenwoordigers invloed op kunnen hebben. We zitten nu in de fase dat de contouren helder zijn, maar de echte keuzes nog moeten worden gemaakt. Er is geen beter moment om kaders mee te geven dan nu. Kaderstelling is één van de kerntaken van Provinciale Staten.

3. Er worden geen gebieden vastgesteld
De gedeputeerde heeft Provinciale Staten gevraagd om de hoogte van de biedingen (in terawattuur/ TWh) vast te stellen. Ook heeft hij gevraagd uit te spreken dat de provincie zich in zal spannen om de resultaten van de RES-en ook ruimtelijk mogelijk te maken. In de concepten van de regio’s staat natuurlijk veel meer. Er is al gekeken naar kansrijke zones en zoekgebieden waar energieopwekking vanuit zon en wind mogelijk is. De gedeputeerde heeft daarvan duidelijk gemaakt dat het te vroeg is om die gebieden nu al vast te stellen. In de regio’s is bijvoorbeeld voor een deel al gestart met het betrekken van inwoners, maar in veel gemeenten moet dat ook nog gebeuren. Die participatie is belangrijk voordat gebieden worden vastgesteld. Overigens hadden veel provinciale fracties nog vragen over de inwonerparticipatie, maar die vragen zijn nu onbesproken gelaten.

4. Er was voldoende tijd voor voorbereiding
Een argument om met de bespreking te schuiven, was dat de antwoorden op de gestelde vragen de avond voor de bespreking binnen kwamen. Er waren liefst 168 vragen gesteld, waarop de antwoorden op dinsdagavond rond half acht binnenkwamen. De commissiebespreking was pas om 15.00 uur gepland. Het kostte onze fractie ongeveer een uur om alle antwoorden te lezen. Daarmee was er voor ons ruim voldoende tijd om de behandeling in de commissie voor te bereiden.

Bovendien, normaliter worden alleen technische vragen voor een commissievergadering schriftelijk beantwoord. Politiek getinte vragen worden tijdens de commissiebehandeling mondeling beantwoord. In dit geval kregen wij de politieke antwoorden ook schriftelijk vooraf toegestuurd. Hiervoor was dus méér voorbereidingstijd dan normaal. Daarnaast hebben de RES-regio’s hun best gedaan om de volksvertegenwoordigers mee te nemen in het proces en de inhoud. De regio Foodvalley viel daarin extra positief op. Onze fractie heeft al deze bijeenkomsten bezocht om zich goed te laten informeren en om de discussies in de regio’s te kunnen volgen. Helaas troffen wij op deze bijeenkomsten, met uitzondering van de VVD en later ook de PvdA, slechts sporadisch collega’s van andere fracties. Actieve betrokkenheid in het proces had deze fracties zeker kunnen helpen in hun voorbereiding van de bespreking.

Kort samengevat: het gevraagde besluit van Provinciale Staten is in deze fase formeel nog niet nodig en gaat nog niet over het vaststellen van gebieden. Daarentegen ligt er nu ruim voldoende informatie op tafel om de gedeputeerde kaders mee te geven voor het vervolg naar definitieve Regionale Energie Strategieën. Nu is voor onze fractie het moment om deze concepten te bespreken en ten volle invulling te geven aan onze kaderstellende rol.

Het vervolg is voor ons nu nog wat onzeker. In de commissie op 20 mei heeft de gedeputeerde wel kort gereageerd op alle schriftelijke inbreng en daarover zijn ook verduidelijkende vragen gesteld. Vervolgens is de bespreking gestopt en moet nog worden besloten over wanneer die bespreking wordt voortgezet.

Tijdens de commissie waren 7 partijen voor uitstel tot na de zomer en 6 partijen voor bespreking op korte termijn. Die 6 partijen hebben een zetelmeerderheid in Provinciale Staten, maar toch is er onduidelijkheid. Een commissie is namelijk nooit besluitvormend, ook niet voor wat betreft de agenda van Provinciale Staten. We hopen dan ook dat er op korte termijn duidelijkheid komt over het vervolg en dat we zo snel mogelijk met de gedeputeerde de bespreking kunnen voortzetten. Dan kunnen we hem de kaders meegeven voor het vervolg naar RES 1.0 in alle drie de regio’s.

Hans de Harder

« Terug